We have a winner : Cecilia Verheyden!!!!

Cecilia Verheyden, onthou die naam, want de kans is groot dat zij één van die regisseurs wordt die de Vlaamse cinema internationaal op de kaart helpt te zetten.  In ieder geval iemand om in de gaten te houden, zo weten we uit betrouwbare bron.  Haar derde kortfilm, ‘Robyn O.’, werd onlangs bekroond op het Internationaal Filmfestival van Brussel met de ‘Best Short Film Award’ van de Unie van de Belgische Filmpers.

En haar intussen wereldberoemde reclameclip voor Carlsberg (op youtube alleen al meer dan 10 miljoen keer bekeken) won de voorbije dagen ook een grote prijs in Cannes. Ze heeft nog meer maffe reclames gedraaid, zo blijkt uit een bezoekje aan haar site.  U kunt haar ook kennen als één van de jonge gezichten achter ‘Climbing Spielberg’ of als u wel eens een clip van ‘Isbells’ meepikt, weet dan dat zij ook voor de beelden zorgde.  Trouwens, ze zit achter zo veel projecten dat u als modale tv-kijker ongetwijfeld ooit met haar werk bent geconfronteerd.  En als dat nog niet zo was, dan zal daar snel verandering in komen.  Maar wij belden haar op omdat haar derde kortfilm een prijs heeft gewonnen.  En ja, daar is ze blij mee.

Cecilia regisseert de zware mannen voor de Carlsberg-clip

Cecilia : “Ja, dat is heel plezant. Als je een film gemaakt hebt, is het afwachten : wat gaat hij doen? Gaan de mensen je inspanningen appreciëren of niet? Het is echt de eerste prijs die deze film gewonnen heeft, en hij is nog niet zolang onderweg naar de festivals, dus dat geeft echt wel een boost en vertrouwen. Dus ja, ik ben er echt heel blij mee.”

 

Je wordt dit jaar 27 en je hebt eigenlijk al een pak ervaring.  ‘Robyn O.’ is je derde kortfilm.  Wordt de volgende film een langspeelfilm?

 

Cecilia : “Mijn eerste kortfilm was ook mijn eindwerk, dus dat was eigenlijk een logische gang van zaken. Mijn tweede, ‘Bluf’, was in zekere zin een opdrachtfilm en ik had het gevoel dat ik deze film nog nodig had om een thema uit te spitten dat ik heel interessant vind.  Ik heb nu wel het gevoel van : oké, ik heb die drie kortfilms gemaakt, drie films waar ik trots op ben — ook al zie ik dat er nog fouten in zitten en dat ik nog aan het groeien en het bijleren ben — maar de goesting is nu wel heel groot om aan een langspeelfilm te beginnen. Ik denk wel dat ‘Robyn O.’ mijn laatste kortfilm geweest is. Tenzij ik plots nog een geniale ingeving krijg die alleen maar in een kortfilm past.”

‘Robyn O.’ is nu getoond  in Brussel en hopelijk kunnen we hem nog hier of daar meepikken.  Waarom moeten we de moeite doen om te gaan kijken?

Cecilia : “Waarom?  Ik vind het zelf vaak spijtig dat regisseurs en scenaristen er zelf blijven van uitgaan dat je in kortfilms echt niet de tijd krijgt om een verhaal te vertellen en een personage te laten evolueren.  Daarom heb ik geprobeerd om met ‘Robyn O.’ echt aan te tonen dat het wel lukt.  Ook al heb je maar 25 minuten, als je je personage goed kent en als je er goed mee bezig bent,  lukt het wel om mee te gaan in iemands leefwereld te verdwijnen en om een verhaal te vertellen zoals bij een langspeelfilm, met een begin, een midden en een einde. En daar ben ik met ‘Robyn O.’ wel in geslaagd, denk ik.  Je bent echt op korte tijd mee met het verhaal en het personage.  Dat zie veel te weinig in kortfilms.   Je voelt dat heel veel regisseurs bang zijn om hun personage uit te spitten.  Ze houden het bij een situatie of een sfeerschepping. En dat heb ik proberen te vermijden bij deze film. Ik hoop dat dat een argument kan zijn voor mensen om er naar te gaan kijken.”

‘Waarom je moet gaan kijken?  Omdat ik je laat meevoelen met mijn personage.’

Misschien moet je in het kort even vertellen waarover de film gaat.

Cecilia : “De film gaat over een meisje, Robyn, dat opgroeit met drie broers, twee oudere en een jongere, en ze wil niets liever dan erbij horen en aanvaard worden door haar oudere broers.  Films gaan vaak over jongeren die absoluut willen aanvaard worden door hun vrienden, terwijl dat gegeven soms even sterk binnen gezinnen leeft.  Je kijkt op naar je oudere broers, je wilt erbij horen, je wilt je plaats vinden in het gezin en je wilt dat zij je fijn vinden, dat je mee met hen mag rondhangen op hun kamer en zo.  Daarover gaat de film. En daar komen dan neventhema’s aan te pas, zoals pesten in het gezin en familiaal geweld.  Maar ik wou het vooral hebben over iemand die heel graag aanvaard wil worden.”

 

En zoals jij aanvaard wil worden als regisseur.

 

Cecilia : “Iedereen wil aanvaard worden. Je kunt door je collega’s aanvaard worden, door je vrienden,  door je gezin.  Je wil je plek zoeken en de ene keer ga je daar al wat verder in dan de andere keer. En tegelijkertijd moet je je eigenheid zien te bewaren.  Dat is  niet altijd even gemakkelijk.  Pas je je aan of doe je dat net niet?  Hoe ver ga je daarin?  Wat moet je precies doen om aanvaard te worden?  Dat zijn vragen waarmee we allemaal geconfronteerd worden. En zeker dat meisje van 14 jaar uit mijn film.  Haar broers zijn coole gasten, ze wil niets liever dan dat zij haar ook tof vinden.  Ik denk dat het onderwerp van aanvaarding vooral op die leeftijd heel gevoelig ligt.”

 

Een kortfilm is maar kort, maar kost ook geld. Was het makkelijk om de nodige centen te vinden?

 

Cecilia : “Dat is niet zo gemakkelijk geweest.  Ik heb twee keer steun aangevraagd bij het VAF.  De eerste keer heb ik net geen steun gekregen. Een heel nipte meerderheid van de commissie vond het scenario nog niet klaar om het al te verfilmen. Ik heb dan heel lang getwijfeld om het nog een tweede keer in te dienen. Want als de feedback niet zo positief is, sla je natuurlijk aan het twijfelen.  Ik heb even overwogen om het met mijn eigen geld te doen, maar dat ging sowieso niets worden, omdat ik geen eigen geld heb (lacht).  Maar uiteindelijk ben ik samen met de scenaristen – Bert Van Dael en Sanne Nuyens —  de adviezen die ik gekregen had van de jury beginnen te bekijken, zijn we erover gaan nadenken en zijn we met die feedback aan de slag gegaan. En zo hebben we een heel nieuw dossier ingediend een jaar nadat ik het dossier de eerste keer had ingediend. En toen hebben we wel steun gekregen. De film is uiteindelijk volledig met steun van het VAF en met participatie van onszelf gemaakt.”

Hadden de leden van de commissie achteraf bekeken gelijk toen ze je dossier de eerste keer afkeurden?

 

Cecilia : “In het begin  vond ik dat ze ongelijk hadden. Maar dat is een heel emotionele reactie, denk ik.  Je hebt het gevoel dat al het werk dat je er maanden in hebt gestopt, zomaar van de tafel wordt geveegd door mensen die je scenario hooguit één keer hebben gelezen. Je voelt je onbegrepen. Maar we hebben het hele project toen een tijdje laten liggen en opeens was er rond die hele thematiek heel veel te doen in de media.  En we zijn toen eigenlijk al die nieuwsverhalen en de feedback van de commissie gaan gebruiken om terug aan de slag te gaan. En uiteindelijk hebben we een heel aantal van die adviezen van de commissie verwerkt in de film en op die manier is de film ook beter geworden.  Maar ik heb echt tijd nodig gehad om dat te beseffen. Ik ben in ieder geval blij dat ik hun tips heb gebruikt.”

“Het was een lang en pijnlijk proces.  Eerst heeft het VAF mijn dossier afgekeurd en pas toen ik het de tweede keer indiende, kregen we groen licht.”

Waar ben jij eigenlijk mee bezig als je geen kortfilms maakt?

 

Cecilia : “Ik ben eigenlijk vooral ook bezig met reclame.  Ik heb net ook het fantastische nieuws gekregen dat we de Gouden Leeuw gewonnen hebben met die stunt die we voor Carlsberg in de cinema gedraaid hebben.  Die is wel heel goed bekeken.   Dus ja, ik ben vooral bezig met reclame. En tot een jaar geleden ben ik ook figuratieregisseur geweest.  Dat heb ik lange tijd gecombineerd. Maar nu heb ik net voor de eerste keer twee afleveringen van ‘Vermist’ mogen regisseren – dat is net achter de rug — , en ik begin morgen met ‘Wat Als?’, dat sketchprogramma op 2BE.  Dat is ook heel tof. Dus ben ik nu eigenlijk vooral tv-werk aan het doen.  En veel reclame. Wel allemaal heel toffe dingen. Maar ‘Vermist’ is wel het eerste grote ding geweest dat ik mocht doen.”

zondag bij de prijsuitreiking op het Internationaal Filmfestival van Brussel

“Ik ben Jan Verheyen ontzettend dankbaar.”

 

Is dat meegevallen?

 

Cecilia : “Dat was super!  Ik ben in het verleden vaak figuratieregisseur geweest van Jan Verheyen.  Bij ‘Vermist’, ‘Dossier K.’ en ‘Zot van A.’ En zo hebben we elkaar heel goed leren kennen en heb ik ook aangegeven dat ik het heel plezant zou vinden om een aflevering van de tv-serie ‘Vermist’ te mogen doen.  Hij is de grote bezieler van die serie. En op een gegeven moment heeft hij me laten weten, samen met de producenten en het productiehuis, dat ik twee afleveringen mocht regisseren. Ik vond het echt een superervaring. Ik had een ongelooflijk goeie ploeg.  Mijn cameraman was Frank Van den Eeden.  40 minuten.  Met een goed scenario, goeie cast, goeie crew. Echt super.”

 

En onder de vleugels van ‘The Godfather van de Vlaamse Cinema’, Jan Verheyen.

 

Cecilia : “Die weet wel hoe het allemaal werkt.  En weet je, ‘Vermist’ heeft hij zelf mee opgezet.  Het is een eer om dan door hem te worden uitgekozen.  In het verleden hebben Jakob Verbruggen en Joël Vanhoebrouck ook dankzij hem de kans gekregen om vanuit hun functies als figuratieregisseur of regie-assistent zelf een aflevering te regisseren.  En zo hebben ze zich kunnen opwerken.  En nu heeft hij mij ook die kans gegeven.  Ik ben hem ontzettend dankbaar.”

 

Check Also

Thibaud Dooms over zijn hoofdrol in ‘Skunk’!

Niet alleen werd ‘Skunk’, met Thibaud Dooms in de hoofdrol, na de première op Filmfestival …