
Tot voor kort was alleen van hem geweten dat hij samen met Hilde Van Mieghem de scenario’s van ‘Smoorverliefd’ en ‘Sprakeloos’ geschreven had. Dat de man ambitie had om zelf te regisseren, viel als een verrassing uit de lucht. Wat voor een film die ‘Charlie en Hannah gaan uit’ dan moest worden, daar had ook iedereen het raden naar. Maar intussen weten we het : ‘Charlie en Hannah gaan uit’ ging in wereldpremière op het Film Fest Gent en blijkt één van de meest verrassende Vlaamse films aller tijden. Een film die zijn inspiratie haalt bij tal van gedurfde en knotsgekke films uit de filmgeschiedenis en daar zijn eigen ding mee doet. Sommige kijkers in Gent verslikten er zich in, anderen konden geen superlatieven genoeg vinden. Wij zijn alvast hevige fan. En we zijn dan ook blij dat de film binnenkort in de bioscopen komt en dat ook Bert Scholiers onze nieuwjaarsvraagjes invulde.
1.Waar hoop jij in 2018 op filmvlak mee bezig te kunnen zijn?
De eerste twee maanden zijn gevuld met de release van ‘Charlie en Hannah gaan uit’ (op valentijn in de bioscoop, gaan kijken!), enkele tripjes naar festivals en proberen verloofd te raken met Daisy Ridley. Daarnaast ben ik bezig met de ontwikkeling van een vierhonderdtal projecten, het ene al wat concreter dan het andere. Ik ben mijn tweede film aan het schrijven, een romantische komedie over een jongedame met liefdesverdriet die onverwacht bovennatuurlijke hulp krijgt, en hoop die snel te kunnen ontwikkelen (met mijn partners in crime bij Minds Meet natuurlijk). En samen met componisten Chrisnanne Wiegel en Jelle Verstraten droom ik over een erg bijzonder project. En momenteel flirt ik ook met enkele ideeën voor televisie.

2. Welke zijn de Belgische films waar jij naar uitkijkt?
‘Wees blij dat het regent’ van Gust van den Berghe. Ik vraag me af in welk stadium Tom Barmans volgende film precies vertoeft, want het jazzy ‘Any Way the Wind Blows’ is met zijn tomeloze energie nog steeds een van mijn favoriete Vlaamse filmdebuten. Ook benieuwd naar ‘Coureur’ van Kenneth Mercken. En naar alle hersenspinsels van Jonas Govaerts. En natuurlijk naar alle projecten waarover Tomas Leyers en Marc Goyens zich ontfermen.
3. Is er een Vlaamse filmmaker, acteur, actrice, D.O.P., setdesigner, of iemand anders uit de branche, die we speciaal in de gaten moeten houden?
Ik ga me bezondigen aan wat schaamteloos nepotisme. In de eerste plaats Daphne Wellens. Ze heeft een bijzonder talent, en de verbeelding, speelsheid en elegantie van de grote comediennes van weleer (genre Lucille Ball of Katherine Hepburn). Thomas Pooters, die zijn carrière met een vlucht begonnen is als Nico Leunens assistent en ondertussen een belachelijk goede en creatieve monteur geworden is. Ik ben natuurlijk ook fan van alles wat op het parcours van Evelien Bosmans en Frances Lefebure ligt – mijn twee andere favoriete actrices. En met Patrick Vervueren dient zich een ideale, uiterst charmante leading man aan voor de komende decennia Vlaamse film.

4. Wie breekt er nationaal en internationaal door?
Mag ik het antwoord van de vorige vraag copy-pasten, en Hans Bruch Jr., Grimm Vandekerckhove en David Williamson aan het lijstje toevoegen? Nico Leunen is internationaal al een paar keer doorgebroken, maar het kan niet genoeg benadrukt worden wat voor een klasbakmonteur hij is. En razend benieuwd naar Felix van Groeningens ‘Beautiful Boy’, met Steve Carell.
5. Pierre Drouot zal vermoedelijk nog lang niet stoppen met werken, maar zijn taak als directeur-intendant van het VAF zit erop. Wat heeft hij volgens jou als directeur-intendant betekend voor de Vlaamse film?
Alles. Met hem als kapitein is de Vlaamse film uitgegroeid tot een erg divers beestje dat zowel internationaal gelauwerde arthouseparels als inlandse commerciële successen voortbrengt, en hebben we een wonderlijke diaspora van de Vlaamse films en filmmakers gezien.
Voor mij persoonlijk was Pierre dé sleutelfiguur in mijn prille regisseursloopbaan. Het was Pierre die, toen ik negentien was, plots opdook tijdens de repetities (in het verre Hasselt) van een toneelstuk dat ik met vrienden aan het maken was, en me via het fictie-atelier van het VAF mijn eerste kansen gegeven heeft. Hij heeft me veel Yoda-achtige wijsheden bijgebracht.

6. Heb jij tips voor de nieuwe directeur-intendant van het VAF?
Het VAF houdt een perfect evenwicht aan tussen investering in commerciële producties en investering in arthouse, en dat is fantastisch. Beide zijn nodig voor een gezond, creatief en bloeiend filmlandschap. Ik geloof erg in kruisbestuiving tussen beide. Kijk naar wat er momenteel in Hollywood gebeurt, hoe rasechte cinemamaniakken en arthousecineasten als Christopher Nolan, David Lowery en Rian Johnson hoge commerciële toppen scheren én hun eigen ding blijven doen. Het track record van de nieuwe intendant is indrukwekkend en veelbelovend: hij is als producent van ‘Brussels by Night’, ‘Crazy Love’ en ‘De zaak Alzheimer’ van alle markten thuis.
Ik denk dat een van de voornaamste taken van het VAF (en politici) ligt in het ondersteunen van Vlaamse films die moeilijk een weg naar het publiek vinden – om ervoor te zorgen dat ze überhaupt in de bioscoop te zien zijn. Grote bioscoopketens volgen een te krampachtig commerciële logica. Ze zouden in een ideale wereld zeker één klein zaaltje in het multicomplex moeten bevrijden van al het Marvelgeweld en bezetten met een gevarieerd programma van buitenlandse én inlandse arthousefilms. En ook de publieke omroep zou misschien iets meer engagement mogen tentoonspreiden om Vlaamse films op de beeldbuis te brengen.
7. Wie mag van jou de nieuwe master worden van het Filmfestival van Oostende?
Hilde van Mieghem! Of Malin-Sarah Gozin? Of misschien Michaël Pas. En in mijn wildste dromen: Harry Kümel, want wie anders heeft Oostende zo vereeuwigd in de filmgeschiedenis: Delphine Seyrig als lesbische vampier in het Thermae Palace Hotel. Dat is next level shit.
Zie ook :
‘Charlie & Hannah gaan uit’ heeft een trailer
