Vier kinderen met beperking, twee jaar onderzoek en zero oordelen: Ellen Vermeulen over ‘Inclusief’

Kinderen met een beperking die schoollopen in het gewone onderwijs? Iedereen heeft er wel zijn mening over. Filmmaker Ellen Vermeulen had schoon genoeg van de oppervlakkige boutades van politici, en dus dompelde ze zich meer dan twee jaar onder onder in de leefwereld van vier bijzondere kinderen. Met een prachtige documentaire als kroonstuk.

Het is even wennen wanneer de eerste beelden van ‘Inclusief’ binnensijpelen. Als een stille getuigen zitten we middenin een klas, waar zich een moeizame les over het lexicon van brood bakken voltrekt. Een leraar geeft extra uitleg aan zorgkind Sami, terwijl de rest van de klas druk in de weer is met oefenblaadjes en verbetersleutels. De camera is vlakbij, maar niemand merkt onze aanwezigheid op. Zelfs niet wanneer het beeld geleidelijk dicht op de huid van Sami glijdt, een jongen met prachtige, maar verwarde ogen. Alleen al die openingsscène verraadt het ritme: traag. Contemplatief. Alle beelden in zwart-wit. Geen voice-over, geen duiding, geen woord over de diagnose. Niet één keer dringt de maker een standpunt op. Dit is pure observatie.

“Zelf had ik geen enkel idee wat mijn mening over inclusief onderwijs is toen ik aan het project begon. Ik ben zeer verwonderd wanneer mensen voor of tegen iets kunnen zijn, zonder enig idee waar het eigenlijk over gaat”, vertelt Ellen Vermeulen over die rauwe aanpak. De actuele discussie over inclusief onderwijs werkte al langer op haar zenuwen. Sinds het wetsvoorstel uit 2014 dat bepaalt dat kinderen met beperking eveneens recht hebben op een plek in het reguliere onderwijs, pleitte een waaier aan politici voor of tegen. In de praktijk zit slechts 1,38% van de betreffende kinderen op een normale school, de rest wordt daarvan – bewust of niet – uitgesloten. “In plaats van een ongenuanceerd standpunt in te nemen, zouden ze zich beter afvragen hoe het dan kan in de praktijk. Daarom wou ik vooral een stem geven aan de kinderen zelf. Omdat ze nooit gehoord worden, en zelf niet altijd in staat zijn om in gesprek te gaan. Over hun diagnose hoor je in de film enkel wat ze zelf kunnen en willen vertellen. Daar gaat het voor de rest niet over.”

 

Zo komt het dat de beelden misschien wel in een simplistisch zwart-wit zijn (“Klassen zijn anders gewoon heel lelijk”), maar het onderwerp erachter vooral een verhaal van grijze zones. We volgen de vier kinderen Sami, Rosie, Nathan en Irakli, die elk met een eigen mentale of fysieke beperking worstelen. Alle vier krijgen ze aangepaste ondersteuning in de verder doodnormale klas. Dat levert intrigerende taferelen op: leerkrachten die blijven vechten voor een tweede of derde kans, kinderen die zowel ontwapenen als het bloed vanonder elke nagel halen, maar ook klasgenoten die alle verschillen omarmen en ouders die geduldig wachten tot de zon weer gaat schijnen.

“Van dichtbij heb ik gezien hoe moeilijk die ouders het hadden om een school te vinden die hun kind wou aanvaarden, ondanks het wetsvoorstel”, vertelt Vermeulen. “Irakli werd zo vaak afgewezen om alle mogelijke drogredenen, en ook de mama van Sami ondernam een hele zoektocht. Op den duur geraakte ik erg betrokken bij hun verhalen. We maakten de film echt in samenspraak. Of deze documentaire effectief iets kan veranderen, weet ik niet. Die pretentie heb ik niet. Maar ik denk wel dat mensen aan de rand nu ook een stem kregen.”

Datzelfde doel streefde Vermeulen ook al na met ‘9999’, haar vorige documentaire die ze draaide in een gevangenis voor geesteszieke criminelen. De film veroorzaakte heel wat ophef, en  werd vertoond aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Het was de eerste film in de geschiedenis die werd gebruikt in de argumentatie ter veroordeling van een staat. “De link tussen ‘9999’ en ‘Inclusief is niet ver te zoeken”, vindt Vermeulen. “Internering is de laatste fase van het probleem, dus ik was nu geïnteresseerd in wat daaraan vooraf gaat. Ze tonen allebei hoe we omgaan met mensen die anders zijn. Uitsluitingsmechanismen, zeg maar. ”

 

 

Nog een parallel is de verregaande betrokkenheid die Vermeulen met haar onderwerpen doorvoert. Tweeënhalf jaar zat ze in de klas voor ‘Inclusief”, nog langer dan de vele maanden die ze in de gevangenis doorbracht. In  één van de klassen bracht ze zelfs vier maanden fulltime door. Met vele ouders, kinderen en leerkrachten bouwde ze een hechte band op, om een totaal vertrouwen te winnen. “Sommige kinderen beschouwden mij echt als juf, waardoor ze soms met wiskundevragen naar mij kwamen. Dan viel ik wel even door de mand (lacht).

Extra bijzonder is dat er uiteindelijk maar 12 dagen van die ruim 900 dagen onderzoek echt gefilmd werd. ” Ik snap niet hoe je in godsnaam een problematiek kan begrijpen, zonder er de tijd voor te nemen. Ook kan je van kinderen niet verwachten dat ze zich normaal gedragen voor een camera, als er geen vertrouwdheid is. Op den duur wist ik exact wat ik zocht, en was het puur een kwestie van het juiste moment afwachten tot datgene gebeurde. Zelfs al had ik die klas na een tijdje ook wel gezien, de timing moest juist zijn. Maar wanneer dan alles op zijn plaats valt, de cameraman je begrijpt en de kinderen spontaan reageren, dat iedereen vergeet dat je er bent, dat is een heerlijk gevoel.”

 

29 november 2018: première in Vooruit Gent

4 december 2018: release via Docpoppies in Aventure Brussel, Sphinx Gent, Cartoon’s Antwerpen, Lumière Brugge, Budascoop Kortrijk, ZED Leuven, The Roxy Theatre Koersel en CC Zwaneberg Heist-op-den-Berg.

De openingsscène van ‘Inclusief’ is ook te bezichtigen in het Museum Dr. Ghuislain, als onderdeel van de expo ‘Prikkels’

 

Check Also

Titus De Voogdt en Hans Buyse over ‘Zodiac’!

Recent staken Titus De Voogdt (‘King of the Belgians’, ‘The Barefoot Emperor’) en Hans Buyse …